De dominante Domitianus

domitianusDe na het Vierkeizerjaar aan de macht gekomen Flavische dynastie telt maar weinig keizers. Al met nummer drie komt er een einde aan de lijst. Maar dat was misschien ook aan het karakter en de regeringsstijl van deze keizer te weten, die veel harder, eigenzinniger en ijdeler was dan zijn vader en broer waren geweest. Zijn naam was Domitianus.

Titus Flavius Domitianus werd op 24 oktober 51 geboren in Rome, als jongste zoon van de latere keizer Vespasianus en zijn vrouw Flavia Domitilla. De Flavische familie was in zijn jeugd flink in opkomst, mede doordat de burgeroorlogen van een kleine eeuw daarvoor (en de erop volgende schrikbewinden van Tiberius en Caligula) de Romeinse aristocratie in Italië flink hadden uitgedund. Juist door de bloeiende carrière van Vespasianus, en later ook van Titus, had de jonge Domitianus maar weinig contact met zijn familie, zeker na het overlijden van zijn moeder en zus. Waarschijnlijk stond hij onder de hoede van Vespasianus’ broer Sabinus, of van Marcus Cocceius Nerva, een trouwe vriend van de familie. In tegenstelling tot de ruim 11 jaar oudere Titus werd Domitianus echter niet opgeleid aan het hof, maar hij behaalde wel goede resultaten op het gebied van retorica, literatuur en rechten. Volgens Suetonius was Domitianus een lange, knappe man, behalve dat zijn tenen ietwat verkrampt waren. Op latere leeftijd zou hij door ziekte last krijgen van spillebenen. Zijn opkomende kaalheid zou hij tegen die tijd met pruiken trachten te verbergen. Een ander kenmerk dat opkwam naarmate hij volwassen werd was dat hij nogal op zichzelf was, waarschijnlijk vanwege zijn eenzame jeugd en de politieke chaos waarin hij volwassen werd.

Tijdens het Vierkeizerjaar werd Domitianus 18 jaar. Hij had zijn vader en broer het decennium daarvoor nog amper gezien, maar werd toch gegijzeld door Vitellius.

Tijdens het Vierkeizerjaar werd Domitianus 18 jaar. Hij had zijn vader en broer het decennium daarvoor nog amper gezien, maar werd toch gegijzeld door Vitellius.

In het Vierkeizerjaar werd Domitianus in Rome onder huisarrest geplaatst, op last van keizer Vitellius, zodat hij als gijzelaar kon dienen om de Flaviërs koest te houden. Uiteindelijk weerhield dat Vespasianus er niet van om zich tot keizer uit te roepen en zag het er benauwd uit voor Vitellius, die met Sabinus overeenkwam om af te treden. Toen de Praetorianen hiertegen in verzet kwamen, werd Sabinus door hen van verraad beschuldigd en week uit naar het Capitool op 18 december, waar Domitianus en andere familieleden zich bij hem voegden. De volgende dag werd het beleg van het Capitool doorbroken en werd Sabinus gedood. Domitianus ontsnapte echter door zich als een aanbidder van de godin Isis te vermommen. Een dag later vielen de troepen van Antonius Primus de stad binnen. Vitellius werd gedood en Domitianus trad openlijk naar voren om de legers te begroeten, waarbij hij met Caesar begroet werd en naar het huis van zijn vader begeleid werd. Op 21 december riep de Senaat Vespasianus uit tot keizer, waarbij Domitianus als een vertegenwoordiger van zijn vader gezien werd. De stad verkeerde nog enkele weken in een staat van chaos en anarchie, totdat Mucianus met zijn legers arriveerde en de orde herstelde. Antonius Primus werd heengezonden wegens zijn wanbeleid en Mucianus nam uit naam van Vespasianus de touwtjes in handen. Domitianus mocht ondertussen zijn vader vertegenwoordigen in de Senaat, kreeg de titel Caesar en werd benoemd tot praetor met consulaire bevoegdheden.

Lawrence Alma-Tadema, De Triomf van Titus (1885). De schilder beeldt Vespasianus uit als Pontifex Maximus, met daarachter Domitianus en zijn vrouw Domitia. De schilder impliceert een affaire tussen haar en Titus, die erachter in toga loopt.

Lawrence Alma-Tadema, De Triomf van Titus (1885). De schilder beeldt Vespasianus uit als Pontifex Maximus, met daarachter Domitianus en zijn vrouw Domitia. De schilder impliceert een affaire tussen haar en Titus, die erachter in toga loopt.

Domitianus had hierbij niet veel werkelijk gezag, al merkt Tacitus op dat in zijn eerste toespraak aan de Senaat zijn behendige ontwijking van lastige vragen opviel. Mucianus hield een scherp oog op de situatie, zodat de 18-jarige Domitianus zijn boekje niet te buiten zou gaan en hij alleen door betrouwbare lieden omgeven werd. Domitianus was jong en ambitieus en had altijd in de schaduw van zijn vader en broer gestaan, dus bestond er het gevaar dat de jongen met zijn hoofd in de wolken ging lopen. Toen Mucianus met versterkingen noordwaarts wilde trekken om Cerialis bij te staan in zijn strijd met de rebellen van Batavenleider Julius Civilis, rook Domitianus zijn kans op roem en sloot zich aan met het doel om zelf een legioen te commanderen. Mucianus was hier niet gelukkig mee omdat hij Domitianus te labiel en wispelturig vond, maar van de andere kant was het daarom juist beter om hem mee te nemen dan hem in Rome achter te laten. Voor zij bij het front arriveerden had Cerialis de overwinning echter al bereikt en waren versterkingen overbodig. Domitianus probeerde middels een brief aan de generaal het commando over te nemen, maar Mucianus kreeg hem zover zijn militaire ambities te staken. Eind september arriveerde Vespasianus in Rome en verschoof Domitianus’ rol naar de achtergrond, waarna hij zich weer op kunst en literatuur ging richten. Zijn rol in de politiek was nu vooral ceremonieel. De terugkeer en triomftocht van Titus in juni 71 maakte de status van Domitianus nog onbelangrijker. Titus vervulde allerlei termijnen als consul en censor, werd benoemd tot Praetoriaanse prefect en droeg de bevoegdheden van een tribuun. Domitianus moest het doen met inhoudsloze eretitels, evenals wat priesterambten zoals augur en pontifex. Maar bestuurlijke macht kreeg hij niet, ook niet na de dood van Vespasianus, ondanks Titus’ belofte om samen te regeren.

Domitia Longina, de echtgenote van Domitianus. Dat zij betrokken zou zijn bij zijn dood lijkt onwaarschijnlijk, want hun huwelijk was, ondanks een korte dip rond 83, waarschijnlijk erg goed. Na de dood van haar man leefde zij nog minimaal tot 126 in weelde. (Buste uit het Louvre)

Domitia Longina, de echtgenote van Domitianus. Dat zij betrokken zou zijn bij zijn dood lijkt onwaarschijnlijk, want hun huwelijk was, ondanks een korte dip rond 83, waarschijnlijk erg goed. Na de dood van haar man leefde zij nog minimaal tot 126 in weelde. (Buste uit het Louvre)

Dat wilde uiteraard niet zeggen dat Vespasianus zijn zoon volledig marginaliseerde. Hij probeerde zijn jongste zoon zover te krijgen dat hij zich zou verloven met Julia Flavia, de dochter van Titus. Domitianus zag veel meer in Domitia Longina, een vrouw van meer zijn eigen leeftijd. Domitia was al getrouwd in de tijd dat Domitianus verliefd op haar werd, maar Domitianus slaagde erin haar man over te halen van haar te scheiden. Dit verbeterde de band van de keizerlijke familie met de Senaat, daar Domitia een dochter was van Gnaeus Domitius Corbulo, de succesvolle veldheer. Corbulo had na de mislukte Pisonische samenzwering tegen Nero zelfmoord moeten plegen, zodat het nieuwe huwelijk de tegenstelling tussen de Flaviërs en Nero mooi aanstipte. Domitianus en Domitia kregen een zoontje in 80, maar het jongetje overleed na een paar jaar al, zonder dat zijn naam bekend gebleven is.

Op 13 september 81 overleed de 41-jarige Titus na een kort ziekbed. Romeinse historici aarzelen niet om beschuldigingen aan het adres van Domitianus te uiten. Sommigen verdenken hem openlijk van moord op zijn broer, terwijl anderen hem verwijten dat hij Titus alleen liet op zijn sterfbed. Ook zou hij altijd al samengezworen hebben tegen Titus. In hoeverre deze beschuldigingen waar zijn valt niet aan te tonen. Het is vrij logisch dat Domitianus weinig affectie voelde voor zijn broer en vader, die hij na zijn 7e jarenlang niet meer gezien had. Wellicht had het feit dat hij even de vertegenwoordiger van het keizerlijk huis was, om vervolgens in de vergeethoek te belanden nog een goede duit in het zakje gedaan. Domitianus schijnt inderdaad niet bij Titus te zijn gebleven toen deze stierf, om zich in plaats daarvan naar het kamp van de Praetorianen te haasten. Daar werd hij tot keizer uitgeroepen, waar de Senaat een dag later mee akkoord ging. Niet lang daarna liet hij Domitia tot Augusta (keizerin) uitroepen. Na de dood van hun zoontje werd het kind vergoddelijkt. Het gebrek aan meer kinderen moet tot spanning in het huwelijk hebben geleid: in 83 stuurde Domitianus zijn vrouw weg van het hof, om haar later weer terug te halen.

Standbeeld van Domitianus als keizer (Vaticaans Museum). Let op de overeenkomsten met het beroemde standbeeld van Augustus. Domitianus vergeleek zichzelf graag met de eerste keizer.

Standbeeld van Domitianus als keizer (Vaticaans Museum). Let op de overeenkomsten met het beroemde standbeeld van Augustus. Domitianus vergeleek zichzelf graag met de eerste keizer.

Domitianus was niet zo’n bescheiden keizer als Vespasianus of Titus. Weliswaar was hij zo tactisch om Titus te vergoddelijken en een triomfboog voor hem op te richten, maar in feite moest Domitianus weinig hebben van de republikeinse façade van het Principaat. De macht van de Senaat was opnieuw flink verminderd onder de Flaviërs, maar Domitianus verschoof het zwaartepunt openlijk naar het hof. Als hij niet in Rome was, hetgeen vanwege militaire campagnes en inspecties regelmatig zo was, betekende dit niet langer dat de Senaat in zijn plaats regeerde: er werd geregeerd vanuit de plaats waar de keizer was. In zijn ogen hoorde de keizer absolute macht te hebben en moest het rijk terug naar de glorie die het onder Augustus had gekend. Hij zorgde ervoor dat hij in elke tak van het bestuur en de administratie een vinger in de pap kreeg en verbande in zijn ogen onwaardige lieden uit de Senaat. Volgens Suetonius was onder Domitianus het ambtenarenapparaat efficiënter dan ooit. Juist Domitianus’ argwanende natuur maakte dat er strikte controle was zodat er nauwelijks corruptie voorkwam. Bovendien hamerde zijn propaganda sterk op moraal en zeden. Een sterk verschil met Vespasianus en Titus is dat Domitianus nauwelijks ambten aan familieleden uitbesteedde, terwijl zijn vader en broer niet anders gedaan hadden. Hij zag wat dat betreft meer in de equites (ridderstand) dan in de senatoren of zijn eigen familie. Daarnaast had hij veel aandacht voor de cultuur. Rome was nog steeds niet helemaal hersteld van de brand in 64, wat Domitianus aangreep als een kroon op zijn culturele renaissance. Ook het paleis op de Palatijn werd enorm uitgebouwd. De tempel van Jupiter kreeg een verguld dak en Vespasianus en Titus kregen hun eigen tempel. Om het volk tevreden te houden werden de publieke banketten geherintroduceerd, aangevuld met spelen en vermaak, waar hij dol op was.

Legionair in lorica segmentata of laminata. Dit goedkopere platenharnas raakte onder de Flaviërs meer in de militaire mode, mogelijk door bezuinigingen. Toch was de economie onder Domitianus vrij stabiel en wist hij het geld op een nuttige manier te laten rollen.

Legionair in lorica segmentata of laminata. Dit goedkopere platenharnas raakte onder de Flaviërs meer in de militaire mode, mogelijk door bezuinigingen. Toch was de economie onder Domitianus vrij stabiel en wist hij het geld op een nuttige manier te laten rollen. (Foto: Hans Splinter)

Wat de buitenlandse politiek betrof was Domitianus geen voorstander van expansie. Belangrijker vond hij het om te werken aan de limes in Germania, waarbij enkele volkeren achter de grens vooralsnog een gevoelig pak slaag kregen. Ondanks dat er dus geen grootschalige oorlogen werden gevoerd en er geen grote gebieden werden veroverd, hield Domitianus wel meerdere triomftochten, eerder uit propagandistische overwegingen. Zijn populariteit bij de soldaten was behoorlijk groot, ondanks zijn beperkte strategische vermogen. Wel werd de verovering van Brittannia voortgezet, tot ver in Caledonia (Schotland). Bevelhebber Agricola werd in 85 echter terug naar Rome geroepen, volgens Tacitus omdat zijn succes de keizer dreigde te overschaduwen. Toen er later oorlog met het koninkrijk Dacia (in Roemenië) uitbrak, werden veel Romeinse troepen uit Caledonia overgeplaatst, zodat de grens van het rijk zich daar 120 kilometer zuidwaarts verplaatste. De oorlog in Dacia eindigde met een patstelling en een vredesverdrag, mede omdat Domitianus plotseling geconfronteerd werd met slecht nieuws uit het westen. Saturninus, de gouverneur van Germania Superior, was met zijn twee legioenen in opstand gekomen. De opstand moet ver in het voren gepland zijn, misschien vanwege senatoriale onvrede over Domitianus’ beleid. De gouverneur van Germania Inferior reageerde echter onmiddellijk en viel zijn buurprovincie binnen, terwijl Domitianus zelf met de Praetoriaanse Garde naar het noorden trok en generaal Marcus Ulpius Traianus uit Hispania werd opgeroepen. Bovendien had Saturninus op hulp van de Chatten gehoopt, maar door een plotselinge dooi konden zij de Rijn niet zomaar meer oversteken. De opstandige legioenen werden naar een frontgebied gestuurd en Domitianus’ medestanders werden beloond.

Domitianus voerde niet alleen maar een harde politiek jegens de Senaat. In plaats daarvan probeerde hij politieke tegenstanders buitenspel te zetten door hen ambten zoals het consulaat aan te bieden, wat hun aanzien onder de andere senatoren kon verminderen of hen kon doen overlopen. Als dit verdeel-en-heersspel niet werkte, liet Domitianus de senatoren in kwestie echter alsnog berechten en executeren, waarna hun bezit naar de staat ging. Deze vervolgingen liepen na het jaar 93 steeds meer uit de hand. Zelfs de ex-man van Domitia en drie van Domitianus’ eigen familieleden werden toen ter dood gebracht. De verhouding met de aristocratie was nooit erg goed geweest, maar nu was het erger dan ooit. Zijn wantrouwen deed hem uiteindelijk de das om, volgens Suetonius nadat hij zijn secretaris Epaphroditus had laten terechtstellen. Kamerheer Parthenius zou de drijvende kracht achter de samenzwering geweest zijn. Cassius Dio beschuldigt ook Domitia, wat toch zeer onwaarschijnlijk lijkt. Of de Praetorianen betrokken waren is niet zeker. De daders waren onder andere Stephanus, een bediende van Domitianus’ nichtje Flavia, en Maximus, een vrijgelatene van Parthenius.

Na de moord op Domitianus werd hij opgevolgd door de bejaarde Nerva, een oude vriend van zijn familie die mogelijk ooit zijn voogd was geweest.

Na de moord op Domitianus werd hij opgevolgd door de bejaarde Nerva, een oude vriend van zijn familie die mogelijk ooit zijn voogd was geweest.

Ooit zou een astroloog hebben voorspeld dat Domitianus zou sterven rond het middaguur, zodat hij op dat tijdstip altijd erg nerveus was. Volgens Suetonius was hij bovendien gewaarschuwd door een droom waarin zijn beschermgodin Minerva hem vertelde dat Jupiter haar ontwapend had. Meerdere keren vroeg hij die dag aan een dienaar hoe laat het was, maar die loog hem voor en zei dat het al ver in de middag was. Domitianus voelde zich gerustgesteld en ging zitten. Het zwaard dat hij voor zijn veiligheid onder zijn kussen verborgen had was stiekem verwijderd. Stephanus kwam naderbij. Onder het mom van een verwonding droeg hij al een paar dagen een verband, waar de dolk onder verborgen zat. Terwijl de keizer een papier bekeek dat Stephanus hem gegeven had, stak de ander hem plotseling in zijn kruis. De keizer was werkelijk met stomheid geslagen, maar probeerde zich toch nog te verzetten. Het gevolg was een worsteling met Stephanus op de grond. Ook Maximus stortte zich nu op de keizer, samen met enkele anderen, waaronder een keizerlijke gladiator, waarna hem de fatale steken werden toegebracht. Stephanus kon niet lang van het succes genieten, want Domitianus had hem weten te steken, zodat de aspirant-moordenaar niet veel later ook stierf.

Keizer Domitianus was nog 45 jaar oud toen hij aan zijn akelige einde kwam. Dezelfde dag nog werd zijn oude beschermheer Nerva tot keizer uitgeroepen door de Senaat, een wonderlijke keuze omdat Nerva inmiddels al een oude man was en geen kinderen had. Had Nerva een aandeel gehad in de moord? Hij had zich het grootste deel van zijn carrière op de achtergrond gehouden. Wel had hij in 90 het consulaat met de keizer mogen delen, mogelijk vanwege hulp om de opstand van Saturninus aan het licht te brengen. Misschien viel de keuze op Nerva juist vanwege zijn bescheiden voorkomen, in sterk contrast met de autoritaire Domitianus. Romeinse historici doen Domitianus af als rampzalig keizer, vanwege zijn absolute regeerstijl, persoonsverheerlijking en conflict met de Senaat. Moderne historici omschrijven hem meer als een meedogenloos doch efficiënt dictator, met een stabiele economie en opvallend weinig vervolging van religieuze minderheden, bijna als een goedwillend despoot.

Giel

Giel

Giel is al sinds zijn prilste jeugd diep geïnteresseerd in geschiedenis en in de Romeinse tijd in het bijzonder. Na zijn MA in geschiedenis te hebben gehaald aan de Universiteit Leiden is hij zelf dieper en dieper in het Romeinse verleden (met name dat van Nederland) gaan graven. Naast geschiedwetenschappelijk onderzoek houdt hij zich bezig met het omzetten van de resultaten in creatieve projecten, opdat er leerzaam doch leuk materiaal geproduceerd wordt. Hoofdinteresses zijn de geschiedenis van het Romeinse rijk, de Romeinen in Nederland en het Romeinse leger.

LAAT EEN REACTIE ACHTER